Het passeerlicht is onderdeel van de automatische verlichtingsmodus en past zich aan de rijomstandigheden aan. Maar als je het passeerlicht op het middendisplay handmatig selecteert, heeft de straal geen functies die het licht kunnen aanpassen en houdt de koplampen gedimd.

Wanneer de automatische verlichtingsstand of het automatische grootlicht is ingeschakeld, fungeert het passeerlicht als onderdeel van het adaptieve koplampsysteem en wordt de straal automatisch aan de rijomstandigheden aangepast.

1

3

2

1. 1Snelwegverlichting schijnt het verst van alle passeerlichtstanden.
2. 2Grootlicht heeft een gemiddeld bereik en spreiding vergeleken met de twee andere lichtmodi.
3. 3De stadsverlichting maakt gebruik van een brede lichtstraal die het gebied vlak bij de auto verlicht, met aanvullende lampen aan de zijkanten. Deze verlichting is bedoeld om goed zicht te bieden met minimale overlast voor andere weggebruikers.

Automatische nivellering zorgt ervoor dat de lichtbundel verticaal blijft. Dat betekent dat als je een bocht neemt terwijl je over een verhoging of oneffen weg rijdt, de verlichting zich automatisch aan het wegdek aanpast.