Voorruit- en koplampsproeiers gebruiken
De voorruit- en koplampsproeiers hebben tot taak om de voorruit en koplampen te reinigen. Via de rechter stuurhendel zijn de voorruit- en koplampsproeiers te starten.
Ruiten- en koplampsproeiers starten
U activeert de voorruit- en koplampsproeiers door de rechter stuurhendel naar het stuurwiel toe te trekken.
Nadat u de hendel hebt losgelaten maken de voorruitwissers nog enkele slagen.
Belangrijk
Activeer de sproeiers niet bij bevriezing of bij een leeg sproeiervloeistofreservoir, omdat de pomp anders schade kan oplopen.
Koplampsproeiers
Om vloeistof te besparen worden ingeschakelde koplampen automatisch volgens bepaalde patronen gesproeid.
Gereduceerde sproeifunctie
Wanneer er nog ca. 1 liter (1 qt) sproeiervloeistof in het reservoir zit en op het bestuurdersdisplay de melding Sproeiervloeistof Niveau laag, bijvullen verschijnt in combinatie met het symbool , worden de koplampen niet langer schoongesproeid. Dit omdat de sproeifunctie van de voorruit en een goed zicht door de voorruit de voorrang hebben. De koplampen worden alleen schoongesproeid als het groot licht of dimlicht is ingeschakeld.