Bediening van de ruiten
De ruiten werken mogelijk nog enige tijd nadat je uit de auto bent gestapt. Vergeet dat niet als je de auto onbeheerd achter laat.
Waarschuwing
- Zorg ervoor dat je de ruiten die je bedient goed kunt zien.
- Laat kinderen niet met de ruitbediening spelen.
- Laat kinderen nooit alleen achter in de auto.
- Steek nooit voorwerpen of lichaamsdelen door een open ruit, ook als het elektrische systeem van de auto volledig is losgekoppeld.
Alle ruiten hebben een ingebouwde knelbeveiliging om letsel te voorkomen. Lees alle relevante informatie over knelbeveiliging in het speciale hoofdstuk over dat onderwerp in deze handleiding.
N.b.
Situaties waarin de ruiten niet kunnen worden geopend
- De ruiten kun je niet openen bij snelheden boven ongeveer 180 km/u (112 mph), maar je kunt ze wel sluiten.
- Bij zeer lage temperaturen kunnen de ruiten vastvriezen en zijn ze niet meer te bedienen.

Gebruik de schakelaars om de ruiten te openen of te sluiten:
- Door licht te drukken of te trekken kun je de ruit handmatig bedienen tot je de schakelaar loslaat.
- Als je de schakelaar volledig indrukt of omhoog trekt, beweegt de ruit, ook als je de schakelaar loslaat. Om te stoppen beweeg je de schakelaar in tegenovergestelde richting.
Tip
Geluidsreductie
Een manier om het windgeluid te verminderen wanneer de achterruiten geopend zijn, is om ook de voorruiten iets te openen.
Alle ruiten bedienen
Je kunt alle ruiten tegelijkertijd bedienen. Houd de vergrendeltoets op het paneel van het bestuurdersportier ingedrukt om de ruiten te sluiten of gebruik de ontgrendeltoets om ze te openen.
Sluiten door vergrendelen
Als je wilt dat alle ruiten sluiten als je de auto vergrendelt, dan kun je dit instellen via de instellingen. In deze handleiding vind je meer informatie over het automatisch sluiten van de ruiten.
Kinderslot
In de vergrendelingsinstellingen kun je de achterruitbediening uitschakelen. De passagiers achterin kunnen de ruiten dan niet bedienen.