Weergaven van het middendisplay
De verschillende balken geven statusinformatie en snelkoppelingen op het display naar apps en sneltoetsen, en zorgen ervoor dat je door de weergaven op het middendisplay kunt navigeren. Op de hoofdweergaven kun je navigatie-informatie, apps in de auto, klimaat, status van de auto en instellingen gebruiken en openen. Er zijn ook een paar speciale weergaven voor specifieke functies van de auto.
Balken van het middendisplay
Op de statusbalk bovenaan het middendisplay staan symbolen voor de status en apps van je auto, samen met de tijd en de buitentemperatuur. Het navigeren op het middendisplay gaat grotendeels via de onderste balk. Als je op de symbolen drukt, kun je andere weergaven en functies openen, en kun je de weergave Comfort openen en de alarmlichten inschakelen. De statusbalk en de onderste balk zijn altijd zichtbaar, ongeacht de weergave waar je op dat moment naar kijkt.
In sommige weergaven zie je de contextuele balk boven de onderste balk. Deze balk bevat snelkoppelingen naar onlangs gebruikte functies of apps die alleen worden weergegeven als je ze gebruikt. Soms worden deze snelkoppelingen vervangen door sneltoetsen waarmee je telefoongesprekken en media kunt regelen wanneer de bijbehorende weergaven of widgets niet zichtbaar zijn.
Belangrijkste weergaven
Homescherm | Op het homescherm ziet je een grote navigatiekaart en dat werkt dus ook als de navigatieweergave. Er staan widgets met sneltoetsen voor media en je telefoon onder de kaart. Het homescherm kan in andere weergaven wordt geopend door op het symbool voor het homescherm ![]() |
App-bibliotheek | Je kunt de handleiding, apps in de auto en de App-store in deze weergave openen. Je kunt deze weergave openen door op het symbool voor de app-bibliotheek ![]() |
Klimaatweergave | Je kunt diverse klimaatinstellingen in deze weergave aanpassen, zoals het inschakelen of uitschakelen van de ontdooifunctie en instellingen voor de airconditioning aanpassen. De klimaatweergave wordt geopend door op het symbool voor de ventilator ![]() |
Overzicht van de auto | Deze weergave biedt je toegang tot de tabbladen met sneltoetsen, instellingen en de autostatus, en tot gebruikersprofielen. Zo heb je een overzicht van de auto, dat je kunt openen door op het autosymbool ![]() |
Weergave met sneltoetsen | In deze weergave kun je snel en eenvoudig een aantal functies van de auto openen, zoals de buitenverlichting en het inklappen van de buitenspiegels. Je opent de weergave met sneltoetsen door op het autosymbool ![]() |
Instellingenweergave | In deze weergave staan tabbladen met verschillende instellingen en weergaven voor je auto. Je opent de weergave met instellingen door op het autosymbool ![]() |
Autostatusweergave | In deze weergave staat belangrijke informatie over de status van je auto, zoals problemen die moeten worden opgelost en de ernst ervan. Je ziet daar ook de kilometerteller en wanneer er een servicebeurt moet worden uitgevoerd. Je opent dit tabblad door op het autosymbool ![]() |
Speciale weergaven
Comfortweergave | De comfortweergave wordt geopend wanneer je op het stoelsymbool drukt in de onderste balk die overeenkomt met de bestuurders- of passagierszijde. Deze weergave geeft elke zijde snelle toegang tot een aantal belangrijke klimaat- en comfortinstellingen, zoals ventilatie en de temperatuurregeling. |
Weergave met instellingen | Je kunt de buitenspiegels en het stuurwiel in de weergave met afstellingen aanpassen. Ze zijn samen gegroepeerd, omdat ze betrekking hebben op je rijpositie. Als je bijvoorbeeld je zitpositie verandert, moet je vaak ook de buitenspiegels en de hoogte van het stuurwiel afstellen. |
Parkeerweergave | In de parkeerweergave vind je functies waarmee je de auto kunt parkeren. Wanneer deze weergave wordt weergegeven, neemt het bijna het hele middendisplay in. Als de parkeerweergave niet automatisch wordt weergegeven wanneer je die nodig hebt, dan kun je deze weergave openen door op het camerasymbool ![]() |
N.b.
Overlay tegen afleiding van de bestuurder
Wat je op het middendisplay ziet en doet, is soms afhankelijk van of de auto rijdt of niet. Als de auto rijdt, worden afleidingen voor de bestuurder tot een minimum beperkt door ervoor te zorgen dat sommige weergaven niet beschikbaar zijn, zoals bepaalde instellingen. Wanneer dat gebeurt, toont het middendisplay de overlay tegen afleiding van de bestuurder. Wanneer de auto niet meer rijdt, verdwijnt de overlay en kun je de weergave weer gebruiken.